De post-individualistische gemeenschap (57)
Dit bericht is 209 keer gelezen!
zonder zonde geen naaste
Aangezien ik de uitdaging aangegaan ben om in elk facet van de woorden en daden van Jezus de naastenliefde als bron van leven te laten zien mag ik een tijdje genieten van wat ik het liefste doe en dat is iets van God laten zien door de bijbel te verhalen. Dat is zo leuk! Neem nu die ochtend dat Jezus onderwees in de tempel van Jeruzalem. (Joh. 8:1-11) Let op, hij onderwees, dus deelde wat hij wist. Dat is een eenzijdige communicatie. Maar op een gegeven moment komt er een groep mensen niet alleen bij staan, maar verstoren ook de leersessie. Laten we de groep nader bekijken.
Het zijn mensen die herkenbaar zijn als “schriftgeleerden” en “farizeeën”. Het zijn dus enerzijds mensen die flink gestudeerd hebben op de bijbel en de literatuur daar omheen en anderzijds mensen die bij een bepaalde leerstellige en religieuze groep horen. Die eersten hoeven niet perse bij een geloofsstroming te horen en die laatsten hoeven niet perse geleerd te zijn. Schriftgeleerden kunnen studiebollen zijn zonder bepaald geloof, bepaalde leer of religie. Farizeeën horen bij een leerstroom maar dat horen ze ook ook al hebben ze geen kennis. Niet alle aanhangers van een politieke partij snappen de politiek of de standpunten van de partij. Niet alle mensen die de standpunten van een partij snappen zijn het er mee eens of zijn lid van de partij.
Zij hebben een “vrouw die op overspel betrapt is” bij zich. Als ik daar even bij stil sta schieten er allerlei vragen door mijn hoofd. De meesten laat ik uit discretie maar in mijn hoofd zitten. Ik deel er één: Waar is haar “partner in crime”? Ik neem tenminste aan dat overspel betekent gemeenschap hebben met een ander dan jouw levenspartner of met de levenspartner van een ander. In ieder geval moet er een tweede partij in het overspel zijn? Waar is die?
En juist die vraag raakt bij mij aan naastenliefde. Deze vrouw wordt mogelijk misbruikt voor de eer en glorie en schijn van heiligheid van de geleerden en religieuzen. Dat maakt al dat ze solidariteit nodig heeft. Ze heeft een advocaat nodig, iemand die het voor haar opneemt, die voor haar gaat staan om haar te beschermen tegen de bloeddorstige wolven. Ongeacht de vraag die deze mannen me gaan stellen weet ik eigenlijk al dat we alles zouden moeten doen om deze vrouw uit hun klauwen te redden. Ongeacht wat ze heeft gedaan. Ik hoef helemaal geen oordeel meer te hebben over wat ze mogelijk heeft gedaan, zij verdient bescherming.
“En toen ze haar in het midden hadden doen staan, zeiden zij tegen Hem: Meester, deze vrouw is op heterdaad betrapt bij het plegen van overspel. In de wet nu heeft Mozes ons geboden zulke vrouwen te stenigen; U dan, wat zegt U?” (Joh. 8:4-5)

Ik weet nu zeker dat dit groepje niet op zoek is naar een antwoord op hun eigen vraag. Zouden ze dat wel zijn geweest dan hadden ze die vrouw helemaal niet nodig gehad. Ze hadden in een leergesprek in de tempel met Jezus de degens kunnen kruisen. Jezus was daar in het openbaar, uiterst bereikbaar aan het leren. Maar zij vinden het nodig om die vrouw in het midden te zetten. En daar gaat het in mijn denken al mis. Maak nooit beleid als reactie op individuele zaken. Behandel eerst die zaak in barmhartigheid en ga vervolgens het leergesprek aan. Het is dan ook niet meer dan logisch dat Jezus bezinningstijd inlast. Hij schrijft een tijdje met zijn vinger in het zand. En het feit dat de vragenstellers blijven aandringen wijst op het feit dat ze bloed willen zien.

Het antwoord van Jezus is opmerkelijk (volgende blog leg ik het uit). “Wie van u zonder zonde is, laat die als eerste de steen op haar werpen.” Het minste wat hij met zijn antwoord bereikt is tijd rekken. Dat is 1. irritant voor de vraagstellers, 2. liefdevol voor de medemens en 3. gedurfd gezien de aanval op jezelf. 1. Als mensen bloed willen zien is tijd rekken voor hen hoogst irritant. Het maakt ze alleen maar kwader en venijniger. Maar het maakt ook dat ze eerder hun ware aard en bedoeling laten zien. De schil van de strijd om de waarheid en de gerechtigheid wordt dunner en meer en meer blijken ze haatdragende en bloeddorstige wolven te zijn. En dat maakt ze herkenbaar en daardoor beter te bestrijden. 2. Een medemens die ten prooi dreigt te vallen aan wolven heeft baat bij tijdwinst. Om de onder 1. genoemde reden, maar ook omdat hij zich dan beter kan verdedigen, de zaak helderder kan zien en steviger in zijn schoenen kan gaan staan. 3. De persoon die tijd rekt wordt meer en meer het slachtoffer. Hij levert zichzelf als het ware uit aan de bedreigde medemens en de wolven. Toch zal deze vorm van naastenliefde reddend blijken te zijn als de bijbel gelijk heeft, namelijk dat wie zijn leven geeft voor zijn naast het leven zal vinden.
(wordt vervolgd)
Geef een reactie