Wie staat hoger, de Schrift of mijn lezen?

Nog één blogje naar aanleiding van wat mijn broeder en collega Arie Versluis in de Wekker schreef. Dit blogje gaat over de relatie tussen Schrift, kerk en kerkenverband. Ik neem mijn uitgangspunt in wat in de Wekker stond te lezen: “En misschien moeten we er ook eens over spreken hoe het komt dat we de Schriften soms zo verschillend verstaan. We hebben elkaar als kerken gekregen en we hebben elkaar nodig. Ook los van de laatste weken is bezinning op de verhouding kerk en kerkverband daarom zeer nodig.” Ik ben blij met deze woorden. Ze ademen het vertrouwen dat we niet spreken over verschillende visies op de identiteit van de Schrift, maar over de verschillende manieren van lezen van de Schrift. Daarmee plaats je het gesprek in de kring van onderling vertrouwen en wederzijdse verrijking. Dat vertrouwen onderstreep ik van harte. Binnen onze kerken kun je uiteenlopende manieren van lezen van de Schrift tegen komen, maar geen verschil in positie als het gaat om de identiteit en het gezag van de Schrift. De vraag of het interessant is te spreken over waarom we de Schrift soms zo verschillend lezen laat ik nog even onbeantwoord. Ik zie dat zelf als een gegeven en ervaar de verschillende manieren van lezen als een verrijking en verdieping. Ook wanneer uit die verschillende manieren van lezen verschillende kerkelijke praktijken komen zie ik dat als een van God gegeven verrijking en uitdaging. Dat gezegd zijnde kan ik niet ontkennen dat het feit dat delen van mijn manier van lezen wel eens worden weggezet als onbijbels mij diep raakt. Maar dat neemt niet weg, dat ik van harte leer van andere manieren van lezen.