De post-individualistische kerk (28)
Dit bericht is 708 keer gelezen!
KERK in de “kerk(?)” ….
Kerk is dat wat van de Heer is, weet je nog? En dat wat van de Heer is borrelt op uit of als naastenliefde, de zingeving van ons bestaan. Althans volgens Jezus. Dat vraagt van ons wel geloof. Net als alle andere dingen die we doen in het leven. Maar wat betekenen deze woorden in de praktijk. We lopen langs een aantal ontmoetingen met Jezus en kijken naar wat Hij doet om dat vervolgens te interpreteren als naastenliefde. Dit keer komen we Jezus tegen in de kerk, maar dat woord heeft nu wel een dubbele lading. We komen Jezus tegen in de kerk als in “dat wat van de Heer is”. Laten we die KERK noemen, met hoofdletters dus. Maar we komen Jezus ook tegen in de kerk als “het instituut dat mensen bouwden”. Laten we die kerk noemen, met kleine letters dus. Dus hetzelfde woord wordt voor een geloofsideaal (KERK) en voor een gebouw of instituut (kerk) gebruikt. En dat geloofsideaal en het instituut of het gebouw zijn zeker niet hetzelfde. Deze woorden verwarren je op dit moment misschien. Wandel even mee, dan zul je het zien.
9 En Hij vertrok vandaar en kwam in hun synagoge (kerk in onze taal). 10 En zie, er was iemand die een verschrompelde hand had. En ze vroegen Hem: Is het ook geoorloofd op de sabbatdagen te genezen? Dit om Hem te kunnen beschuldigen. 11 Hij zei tegen hen: Welk mens onder u die één schaap heeft, zal het niet, als het op een sabbat in een kuil valt, grijpen en eruit tillen? 12 Hoeveel gaat niet een mens een schaap te boven! Daarom is het geoorloofd op de sabbatdagen goed te doen. 13 Toen zei Hij tegen die man: Steek uw hand uit. En hij stak hem uit, en hij werd hersteld, heel als de andere. 14 De Farizeeën gingen weg en beraadslaagden tegen Hem, hoe zij Hem om zouden kunnen brengen.
Jezus komt in “hun synagoge”. Ik lees Mattheüs 12:9. Let op, dat er “hun synagoge” staat. Alsof daarmee al afstand wordt gecreëerd. Het is niet “mijn ding” maar “hun ding”. Het is hun systeem, hun “kerk”. Kerk en synagoge gebruik ik nu even als synoniemen voor het instituut, het gebouw. “Hun” kerk. En dat is verwarrend, want was kerk niet “dat wat van de Heer is”? Hoe kan het dan “hun” kerk zijn? Eenvoudig omdat “zij” het kerk noemen. Maar als ik iets kerk noem is het nog niet KERK. Iets is niet “van de Heer” omdat ik dat zeg of zo noem. Let maar op. Jezus gaat naar binnen en treft daar een mens aan met een “opgedroogde hand”. Het zal hier om het uiterlijk gaan. Een machteloze hand, een hand zonder kracht, een slap handje. Maar in de bijbel staan de dingen nooit zomaar. Het zal niet alleen een uiterlijk symptoom zijn geweest, maar ook een typering van het leven van die mens. Niet tot doen in staat. Zijn/haar kracht is langzaam of snel vergaan, opgedroogd. Maar Jezus’ aandacht voor die mens wordt gevraagd vanuit een heel aparte hoek. Er is iemand anders die vraagt of het is toegestaan om op sabbat, de Joodse rustdag, te genezen. LET OP! Men vraagt niet de aandacht van Jezus voor die mens, maar voor de regel van “hun” synagoge, hun kerk. Individualisme tegenover collectivisme?
Wat een rotvraag! Hier wordt de misère van een mens misbruikt voor het scoren van punten voor het eigen gelijk van iemand die de misère niet draagt en ook geen naaste wil zijn. Je zou de vragensteller achter het behang plakken! Natuurlijk snappen we allemaal dat hier zo’n vrome Jandoedel aan het woord is die precies weet wat op zondag wel of niet mag. En hij zal daar een steekhoudende, voor hem op de bijbel gefundeerde redenering voor hebben. Maar de naaste heeft het nakijken. De mens zonder kracht moet maar aanvaarden dat het zo is en dat hij/zij niet op de dag van de Heer genezen kan worden. Genezen is immers werken en werken doen we niet op de dag van de Heer. Ik weet het: Ik ben veel te fel over de beweegredenen van deze vragensteller. Ik heb veel te weinig oog voor zijn serieuze insteek en zijn trouw aan de wet van God. Maar voor mij is duidelijk dat hier het instituut aan het woord is en niet de KERK.
Jezus heeft maar één argument: Op de dag van de Heer doe je als de Heer, namelijk “goed”. Er is er maar Eén goed en dat is God. En God schept leven en noemt het goed. Dat leven moet heel zijn en het is KERK om het leven heel te maken. Maar wat er vervolgens gebeurt verwart ons ook. De kerk erkent dat Jezus genezen kan, maar vindt dat dat niet op de rustdag, de dag van de herschepping mag. En Jezus moet zich daar dan blijkbaar aan houden volgens hun kerk. Maar lees het nog eens en zie dat Jezus eigenlijk niets “doet”. Hij zegt alleen maar wat. Strek je hand uit! Die mens deed dat en de hand “werd hersteld, heel als de andere”. Naar de wetsopvatting van de vragensteller had Jezus niets gedaan. Woorden spreken mag op sabbat en je hand uitstrekken ook. Het is precies dezelfde manier waarop God de wereld schiep. Hij sprak en het was. Maar wat je nu zou verwachten gebeurt niet. Je zou verwachten dat de vragensteller zou veranderen van kerk naar KERK, dat hij “van de Heer” zou worden. Je zou verwachten dat hij naaste zou worden van de mens, die weer leven kan. Maar hij kan helaas niet anders dan rancuneus worden.
De mens voor wie Jezus een naaste werd kon verder met leven, maar het leverde Jezus vijanden op. Het raadsel van elke liefde is dat de persoon die liefde geeft (een deel van) het lijden van de naaste overneemt. Wellicht niet in dezelfde vorm, maar het gebeurt. En de lastigste les in deze gebeurtenis is wellicht dat “onze” kerk niet hetzelfde is als KERK. Waar je op individualistisch niveau KERK ziet opbloeien en leven geven lopen we een grote kans dat kerk een vijand wordt.
(wordt vervolgd)
Geef een reactie